dinsdag, april 01, 2014

Plantsoen



Schoffelaars

“Ze houden het ook niet echt bij, die mannen van de plantsoenendienst’, zegt een mevrouw die langs loopt en even stil blijft staan. Ze kijkt vertwijfelt naar me. Ik heb namelijk een schoffeltik. Als ik veel onkruid zie groeien, dan hoor ik de stem van mijn vader: “In het voorjaar moet je veel schoffelen, meissie. Dan groeit onkruid het hardst. En toevallig ligt er een flink plantsoen naast mijn huis, waar de brandnetels razendsnel opschieten. Pavlof effect. Ik kan het niet laten.

Tussen het onkruid vind ik frisdrankblikjes en plastic zakjes. Langs de randen hondendrollen groot en klein. Verdraaid, het is hier een soort honden uitlaatstrook geworden. Jammer, jammer, en ik schoffel door. Impulsief als ik ben komt er een plan in mij op.

“Geachte mevrouw, mijnheer,

Zoals u kunt zien ligt mijn huis naast een driehoekig stuk plantsoen. Vlak voordat ik het huis kocht is dit stukje gesnoeid en regelmatig zie ik medewerkers van de gemeente langs de randen schoffelen. Toch blijft het een slecht ingericht wild stukje groen, met zwerfvuil, kantbrandnetels en ander onkruid.
Mijn voorstel aan uw is het volgende: ik vind het leuk en prettig om dit stukje plantsoen (vrijwillig) netjes op orde te houden, al was het alleen maar om even lekker buiten te werken. Ik zou het bijzonder fijn vinden om in overleg met u wat veranderingen aan te brengen zoals aanbrengen van wat natuurlijke beplanting, siergrassen, etc..
Dagelijks lopen heel veel mensen met hun hond langs dit groen te wandelen (en laten ook veelvuldig hun hond tussen de struiken poepen). Als dit puntje wat beter is ingericht en ook netjes wordt bijgehouden denk ik dat dit bijdraagt aan het plezier van heel veel mensen in de wijk. Bovendien verwacht ik ook dat mensen het wat minder als uitlaatstrook zien of vuil tussen de struiken gooien. Misschien kan zo'n experiment ook andere bewoners uitdagen om samen met de gemeente het openbaar groen te onderhouden. Graag verneem ik of jullie open staan voor het uitwerken van dit idee.”

De mail is verzonden voordat ik er lang over heb nagedacht. Ik heb geen al te hoge verwachtingen, maar na twee dagen zit er al een antwoord in mijn mailbox:

“Geachte mevrouw van Velden,

Bedankt voor uw bericht. Als gemeente staan we zeer positief tegenover zelfbeheer van groen door bewoners. Ik kom graag even bij u langs om de mogelijkheden en onmogelijkheden met u te bespreken.”

Dat is gaaf, bedenk ik. Plannen heb ik genoeg. Maar voordat ik aan tafel schuif met de gemeenteman vraag ik me af of er in Voorschoten meer mensen rond lopen die mee willen denken over het openbaar groen. Een landschapsarchitect of andere enthousiaste schoffelaars. Dus wie iets wil toevoegen aan deze discussie is welkom.

Geen opmerkingen: